Een archeologisch bureau-onderzoek en inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van boringen, aan De Tuut 9 te Appeltern, gemeente West Maas en Waal (Gld.)

In het noordwesten van de onderzoekslocatie zijn aan het maaiveld grofzandige sedimenten aangetroffen die zijn afgezet tijdens de vorming van het Spijkswiel ten zuiden van de locatie. Omdat het een doorbraak van de natuurlijke oeverwal voor de bedijking betreft, moet dit zijn gebeurd tussen 1760 BP, toen de Maas haar huidige loop aannam en 12e eeuw toen de Maas werd bedijkt. Deze afzettingen liggen op komafzettingen. In het zuidoosten van de locatie zijn onder de komafzettingen oever- en beddingafzettingen van de stroomgordel van Huisseling–Demen aangetroffen. Voor de aan het maaiveld gelegen zanden moet de veronderstelling dat er een er een middelhoge trefkans is op archeologica uit de Middeleeuwen, gehandhaafd blijven. Omdat de afzettingen van de stroomgordel van Huisseling–Demen wel aangetroffen zijn en deze bovendien geen tekenen van erosie vertonen, dient aan deze afzettingen een hoge archeologische trefkans op archeologica uit de periode Bronstijd–Middeleeuwen te worden toegekend. Voor de komafzettingen kan worden uitgegaan van een lage archeologische trefkans.

Aanbeveling: De aanwezigheid van de grofzandige afzettingen met een middelhoge trefkans in het noordwesten en de afzettingen van de stroomgordel van Huisseling–Demen met een hoge trefkans in het zuidoosten, rechtvaardigen de uitvoering van een karterend IVO. Voor de zandige afzettingen in het noordwesten is het echter, op basis van bekende archeologische waarden en historische gegevens en in combinatie met de middelhoge trefkans, niet erg aannemelijk dat er archeologica aanwezig zijn. Geadviseerd wordt dan ook om dit deel en het deel ten zuiden hiervan, waar alleen komafzettingen zijn aangetroffen, vrij te geven. Voor het meest zuidoostelijke deel, waar de stroomgordel is aangetroffen, wordt de aanbeveling gedaan alleen vervolgonderzoek te verrichten indien de ontwikkelingsplannen voor dit deel (aanleg van een vijver) voorzien in een verstoring van de bodem beneden 150 cm –mv. Dit vervolg onderzoek kan eventueel in de vorm van een archeologische begeleiding. Het bevoegd gezag, de gemeente West Maas en Waal3, beslist of en in welke vorm vervolgonderzoek dient te worden uitgevoerd. Indien het gebied wordt vrijgegeven blijft, bij het aantreffen van archeologica, de meldingsplicht bestaan.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-2zh-492y
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-vjl-iyl
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:33693
Provenance
Creator Archaeological Research en Consultancy; Wullink, A.J.; Blom, drs M.C.
Publisher ARC bv
Contributor ARC bv
Publication Year 2008
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format CSV; application/pdf
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.603 LON, 51.833 LAT); 39G; De Tuut; Appeltern; West Maas en Waal; Gelderland