Hoewel Nijmegen-Noord al diverse grafvelden uit de ijzertijd telde, is in 2015 met proefsleuven het eerste grafveld in de Betuwe ontdekt dat zich kan meten met de 'urnenvelden', met vaak honderden bijzettingen, die op de zandgronden ten zuiden en noorden van de grote rivieren bekend zijn.
Op een terrein waar eerder al vier crematiegraven en twee inhumatiegraven uit de vroege en midden-ijzertijd waren onderzocht, kwamen in proefsleuven nog eens enkele tientallen crematiegraven uit die perioden aan het licht. Enkele graven manifesteren zich door bijzondere bijgiften. Het vroegste graf met opmerkelijke vondsten dateert uit de 6e eeuw voor Chr. Er zijn uiteenlopende aanwijzingen dat in de eenvoudige crematiekuil met twee bronzen halsringen - tegen de verwachtingen in - een man is bijgezet. In een al even eenvoudig grafkuiltje van een man uit de 5e eeuw voor Chr. is, naast versierd aardewerk in Marne-stijl, een met ijzeren beslag verstevigde en versierde schede meegegeven. Het wapen zelf - dolk of steekzwaard - ontbrak echter.
Het enige graf dat met redelijke zekerheid van een randstructuur (greppel) is voorzien, is met een datering rond de 3e eeuw voor Chr. tevens het jongste aanwijsbare ijzertijdgraf, met als bijgiften onder meer een bronzen armband. Daarnaast stammen van het terrein nog een urnbijzetting uit de bronstijd en een verbrandingsrestengraf met Romeinse tafelwaar uit de midden-Romeinse tijd. Door de verscheidenheid aan grafinventarissen en de aanwezigheid van inhumatiegraven is dit omvangrijke grafveld zonder meer van boven-regionale betekenis.
Op het westelijke deel van het grafveld is - al dan niet bewust - omstreeks het begin van de jaartelling een inheemse nederzetting gesticht. Als de nederzetting reeds voor de Romeinse tijd aanving, dan biedt dit specifieke tijdsvenster een extra interessant onderzoeksobject. De bewoning lijkt overigens al in de loop van de 1e eeuw (met de Bataafse Opstand?) afgebroken te zijn.
Later in de Romeinse tijd is het terrein ogenschijnlijk alleen nog gebruikt voor (enkele?) bijzettingen en als agrarisch areaal, gezien een lange oost-west gerichte verkavelingsgreppel uit die periode. De begeleidende standgreppel met daarin een stuk vroeg-middeleeuws aardewerk houdt zelfs de mogelijkheid van een nog jongere gebruiksfase open. De nabijgelegen nederzetting van (voorheen Ressen-)De Woerdt kan de toenmalige bewoningskern zijn geweest. Afgezien van een cluster latere middeleeuwse paalkuilen(?) van onduidelijke aard duiden de jongere sporen eveneens op activiteiten van agrarische aard, slechts herkenbaar onderbroken door een gewelddadig intermezzo in 1944: operatie Market Garden.