Plangebied Zoeterwoudseweg 1-3 te Leiden, gemeente Leiden; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek)

In opdracht van Stichting DUWO heeft RAAP in december 2021-januari 2022 een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek) uitgevoerd voor het plangebied Zoeterwoudseweg 1-3 te Leiden in de gemeente Leiden. Het onderzoek vond plaats in het kader van een omgevingsvergunning. De plannen bestaan uit de sloop van de bestaande bebouwing en de nieuwbouw van studentenwoningen (deels hoogbouw, deels laagbouw). Het plangebied heeft een omvang van circa 7.320 m². De exacte diepte van de voorgenomen graafwerkzaamheden is nog onbekend. Conclusies Op basis van het uitgevoerde onderzoek blijkt dat de bodemopbouw op de meeste onderzochte locaties tot 90-120 cm –mv bestaat uit (recente) ophogingslagen, waarin geen in situ archeologische resten worden verwacht. De rommelige kleilagen, die in drie van de boringen vanaf 35-70 cm –mv zijn aangetroffen, betreffen mogelijk oudere opgebrachte lagen (zoals dijklichamen of taluds langs de Trekvliet en Zoeterwoudseweg), waarin in één boring een fragment aardewerk uit de 15e-18e eeuw is aangetroffen. Op basis van het booronderzoek blijkt dat het natuurlijke bodemprofiel in het plangebied goeddeels intact is. Zo is in de helft van de boringen nog de oude bouwvoor vanaf 90-110 cm –mv waargenomen. Op basis van deze bodemopbouw is het niveau waarop bewoningsresten uit de nieuwe tijd (en mogelijk ouder) op basis van historische kaarten in de omgeving kunnen worden verwacht in delen van het plangebied waarschijnlijk goeddeels intact. Op basis van de geraadpleegde bouwtekeningen van de bestaande bebouwing bestaan er geen aanwijzingen dat de bodemopbouw in de niet met boringen onderzochte, bebouwde delen van het plangebied dieper dan 60 cm –mv zijn verstoord bij de aanleg van de funderingen. De geplaatste funderingspalen zullen wel tot diepe, lokale verstoringen hebben geleid. Onder de oude bouwvoor zijn, in de vijf boringen die in de westelijke helft van het plangebied zijn uitgevoerd, vanaf 130-140 cm –mv crevasse- en oeverafzettingen aangetroffen en in twee boringen mogelijk een oudere fase van crevasseafzettingen. Deze crevasses zijn aan de westkant, binnen de grenzen van het plangebied, niet begrensd, maar illustreren mogelijk dat de Vliet in deze omgeving deels een natuurlijke oorsprong kan hebben gehad. Hoewel tijdens het onderzoek geen lak-, cultuurlagen of archeologische indicatoren zijn aangetroffen, gaan oeverafzettingen op basis van de goeddeels intacte bodemopbouw gepaard met een middelhoge archeologische verwachting (waarschijnlijk vanaf de ijzertijd). In de crevasse(geul)afzettingen kunnen sporen uit ‘natte contexten’ worden verwacht.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zf4-hsed
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-bp-izsm
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:242200
Provenance
Creator Peeters, D
Publisher RAAP Archeologisch adviesbureau
Contributor RAAP Archeologisch adviesbureau
Publication Year 2022
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf; application/msword; .pdf; .xlsx
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (4.485 LON, 52.147 LAT); Netherlands