Deze man werd door zijn broer op zeventienjarige leeftijd aangemeld bij het leger, nadat zijn moeder een paar manden daarvoor was omgekomen bij geallieerde beschietingen. In 1946 vertrok hij naar Indië, hij was duidelijk de jongste van iedereen. Er waren regelmatig confrontaties met de Indonesiërs, waarbij aan beide kanten slachtoffers vielen. Dankzij zijn oplettendheid als wacht ’s nachts, ontkwam zijn legering aan een aanval van de Indonesiërs. Sindsdien werd hij meer serieus genomen. In 1947 ging hij bij de militaire politie. Hij werd verliefd op een lokaal meisje en trouwde met haar. In 1949 moest hij terug naar Nederland omdat het te gevaarlijk werd. In plaats van naar Nederland, bleek hun schip echter naar Nieuw Guinea te varen, waar ze twee jaar verbleven.
