ADC Maritiem heeft in samenwerking met Baars CIPRO van 16 tot en met 20 juli 2012 een waarderend onderzoek uitgevoerd op een scheepswrak in het plangebied Ketelmeer West. Het betreft een wrak dat is aangetroffen tijdens saneringswerkzaamheden, die onder archeologische begeleiding worden uitgevoerd De bouwdatum van het vaartuig is vastgesteld rond 1750. Ten behoeve van het onderzoek is de waterbodem rondom de wraklocatie afgezocht. Verder zijn handmatige sonderingen verricht en zijn vijf proefputten gegraven. Tenslotte zijn multibeamopnamen betrokken in het onderzoek. Hiermee zijn de positie van het wrak in de bodem en de aard van de wrakresten in kaart gebracht. Het betreft een wraklocatie met omvang van 15 bij 4 meter, waar op twee locaties een plat in de bodem liggend boord is aangetroffen. Op basis van de afmetingen van de balken is op basis van 17e eeuwse scheepsbouwkundige berekeningen is vastgesteld dat het oorspronkelijke vaartuig een lengte had van circa 33 meter. Er is sprake van een tijdens de schipbreuk uit elkaar geslagen scheepswrak, waarvan hier slechts delen zijn aangetroffen. Er zijn overeenkomsten wat betreft datering van de bouwdatum en scheepsbouwkundige kenmerken tussen het hier onderzochte wrak en het in 2002 ontdekte wrak Ketelmeer 1 / wrak 1750, dat 5300 meter ten oosten van wrak Ketelmeer West ligt. Het is goed mogelijk dat het om één en hetzelfde oorspronkelijke schip gaat. Op basis van de verzamelde onderzoeksgegevens is geconcludeerd dat het wrak behoudenswaardig is, met de kanttekening dat het resterende onderzoekspotentieel in aanvulling op de tot nu toe verzamelde informatie beperkt is. Om deze reden adviseren we een keuze tussen de volgende twee opties: 1. Indien de te verwachte bodemverstoring gering is en er daarnaast geen noodzaak bestaat het wrak te verwijderen: geen maatregelen en de wraklocatie als terrein van archeologische waarde opnemen in Archis 2. 2. Indien vastgesteld wordt dat het wrak met zekerheid zal moeten worden verwijderd als gevolg van de voorgenomen bodemingreep: een berging van het wrak onder archeologische begeleiding. De invulling van de begeleiding is afhankelijk van de vraagstelling voor het vervolgonderzoek. In een PvE voor de begeleiding kunnen aanvullende vragen worden opgenomen die verband houden met de mogelijke overeenkomst met wrak Ketelmeer 1/ wrak 1750. De nadruk van de archeologische werkzaamheden in de begeleiding zal moeten liggen op het meten en documenteren van goed herkenbare scheepsdelen, het onderzoeken van bijzondere scheepsbouwkundige details en het verzamelen van de aan het wrak te relateren mobiele vondsten. Aangezien tijdens het veldonderzoek is vastgesteld dat er noch een coherente vondstlaag noch een min of meer complete scheepsinventaris aanwezig is, is het niet noodzakelijk de exacte positie van de mobiele vondsten vast te leggen.