Plangebied Nieuwe Kalfjeslaan 9 te Amstelveen, gemeente Amstelveen; archeologisch vooronder-zoek: een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek)

In opdracht van Design Erick van Egeraat BV heeft RAAP in september 2019 een archeologisch vooronder-zoek in de vorm van een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek) uitgevoerd voor het plangebied Nieuwe Kalfjeslaan 9 te Amstelveen in de gemeente Amstelveen. Het onderzoek vond plaats in het kader van een omgevingsvergunning. De archeologische verwachting voor getijdeafzettingen (Laagpakket van Wormer), die mogelijk ten tijde van het (vroeg) neolithicum in het gebied zijn afgezet, is onbekend. Gedurende deze periode waren naar alle waarschijnlijkheid alleen de ruggen en oevers van getijdekreken en –geulen bewoonbaar. Het is onduidelijk of dergelijke oevers en kreekruggen in het plangebied aanwezig zijn. De archeologische verwachting voor het Basis- en Hollandveen in het plangebied is laag. Deze verwachting geldt voor het neolithicum tot en met de vroege middeleeuwen. Dit drassig milieu zal geen intensieve bewo-ning of landbouw ondersteund hebben, maar zal hoogstens in gebruik zijn geweest voor extensief landge-bruik, zoals jacht, visserij en het verzamelen van hout en riet. Voor gebieden met een lage archeologische verwachting geldt in de regel dat de verwachte dichtheid aan archeologische resten laag is. Dit betekent dus niet dat er geen archeologische resten aanwezig zijn. Indien aanwezig, zal de conservering van archeologische resten goed zijn. Gezien de hoge grondwaterstand in het plangebied geldt dit voor organische en anorganische resten. Het de omgeving van het plangebied is vanaf de 12de (mogelijk 11de eeuw) ontgonnen en bruikbaar gemaakt voor intensieve bewoning, landbouw en veeteelt. Daarnaast zijn er aanzienlijke pakketten veen afgegraven ten behoeve van de winning van turf (klaarblijkelijk tot in de 19de eeuw en mogelijk later). Uit het AHN blijkt dat het hoogteverschil tussen de verveende en drooggemaakte delen van het landschap en de omgeving tenminste 3 à 4 m is. Daaruit kan geconcludeerd worden dat eventuele archeologische resten in de afgegra-ven lagen volledig verdwenen zijn. Hoewel deze verwachting ook geldt voor gegraven afwateringssloten, zijn eventueel aanwezige archeologische resten in het veen (dat nog onder het maaiveld aanwezig is) niet nood-zakelijk verstoord. De archeologische verwachting voor de late middeleeuwen en nieuwe tijd (A en B) is hoog. Deze hoge ver-wachting is gebaseerd op de ligging van het plangebied op een secundaire kade aan de oostzijde van de Uitgeveende Buitendijkse Buitenveldertse Polder. Bovendien ligt het plangebied binnen het historische be-bouwingslint langs de Amsterdamseweg. De bodemopbouw binnen het plangebied wordt gedomineerd door een dik pakket opgebrachte lagen van circa 4 m dik. Op basis van de resultaten van dit onderzoek stammen deze opgebrachte lagen uit de nieuwe tijd en waarschijnlijk uit de laatste twee eeuwen. In twee boringen zijn er onder de opgebrachte lagen op aanzienlijke diepte (vanaf 380-385 cm –mv) natuurlijke afzettingen in de vorm van Hollandveen aangetroffen. De top van het veen is compact als gevolg van de massa van het dikke pakket opgebrachte grond. In boring 2 bevat de top van het veen enkele puinspikkels. Er zijn geen archeologische of bodemkundige aanwijzingen waargenomen die de lage archeologische verwachting voor het Hollandveen verwerpen. Hoewel bewoning van goed ontwaterde (of opgehoogde) zones in het veen mogelijk zal zijn geweest, zullen de drassige milieus waarin het veen zich heeft gevormd geen intensie-ve/grootschalige bewoning of landbouw ondersteund hebben. Naar verwachting waren deze milieus voorna-melijk in gebruik voor extensief landgebruik, zoals jacht, visserij en het verzamelen van hout en riet. Het Laagpakket van Wormer, dat onder het Hollandveen wordt verwacht, is in de boringen niet aangetroffen. Uit het veldonderzoek is gebleken dat dit stratigrafische niveau dieper dan 5 m –mv ligt. Op basis van de resultaten van dit onderzoek blijkt dat in het plangebied geen archeologische resten be-dreigd worden. Daarom wordt in het kader van de voorgenomen bodemingrepen geen vervolgstap uit het proces van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ) noodzakelijk geacht.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zkd-6fbw
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-ih-x7hj
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:161127
Provenance
Creator Leuvering, J.H.F.; Peeters, D.
Publisher Data Archiving and Networked Services (DANS)
Contributor RAAP Archeologisch Adviesbureau BV
Publication Year 2020
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (4.856 LON, 52.321 LAT); Netherlands