ADC ArcheoProjecten heeft een opgraving en een archeologische begeleiding uitgevoerd in het plangebied het Plantsoen te Woerden. De aanleiding voor het archeologisch onderzoek betrof het het voornemen tot nieuwbouw op deze locatie. Uit vooronderzoek was gebleken dat binnen het plangebied bewoning uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd verwacht kon worden.
De opgraving richtte zich op het zuidelijke deel van het plangebied. Hier kon de aanwezigheid van twee bewoningsniveaus vastgesteld worden. Het oudste bewoningsniveau bevindt zich op ca. 1,5 tot 2 m onder maaiveld, aan de top van de oever- of beddingafzettingen van de Oude Rijn. De sporen hebben een agrarisch karakter en bestaan uit een perceleringssloot (1000-1375) alsook diverse mestkuilen en beerputten uit de Late Middeleeuwen. Er zijn indirecte aanwijzingen dat zich in deze periode in de omgeving een houten huis heeft bevonden.
Het tweede bewoningsniveau bevindt zich op ca. 1 m onder maaiveld en is gesitueerd aan de top van een ophogingslaag. Waarschijnlijk is het terrein aan het begin van de 17e eeuw opgehoogd om het geschikt te maken voor bewoning. Daarbij is de Keizersgracht gedempt, die vervolgens in westelijke richting verlegd is. Het sporenniveau uit de Nieuwe tijd toont bewoning aan langs het Plantsoen en de Achterstraat. Deze bewoning heeft vermoedelijk twee eeuwen (17e en 18e eeuw) stand gehouden. Van de woonhuizen zijn slechts in beperkte mate muurresten bewaard gebleven, waardoor een reconstructie van de bewoning lastig is. Op de achtererven zijn meerdere beerputten gevonden, waarvan een aantal een vondstrijke inhoud hadden. Uit het vondstmateriaal kan opgemaakt worden dat de bewoners in sociale status varieerden van de armere klasse tot aan de rijkere middenklasse. Overwegend zullen de bewoners behoord hebben tot de lagere middenklasse. Bijzondere voorwerpen zijn een natuurstenen kogel en een mortiergranaat uit de vulling van één van de beerputten.