In juli 2011 is in opdracht van Van Wijnen Projectontwikkeling Noord BV door Archeologenbureau Argo een Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. proefsleuven (IVOp) verricht op een perceel aan de Westerweg 252 te Heiloo (locatie Monique) (afbeelding 1 en 2). De aanleiding tot het onderzoek werd gevormd door de geplande nieuwbouw die reikt tot ca. 75 cm onder het huidige maaiveld.
De bodemopbouw ter plaatse bestaat uit een ca. 50 tot 90 cm dik pakket bruingrijs zand; een akkerlaag met plaggenophoging, dat bij de sloop van de tot voor kort aanwezige bebouwing flink is omgezet. Aan de onderkant van dit zandpakket zijn in afbeelding 10 moesbedden zichtbaar (zie ook afbeelding 9). Waarschijnlijk is dit pakket vanaf de 19de eeuw tot de eerste helft van de 20ste eeuw gebruikt als akker- of tuinbouwgrond. Direct hieronder bevindt zich het schone strandwalzand. Nabij de kruising van werkput 1 en 2 is machinaal een verdieping gemaakt tot 1,5 m NAP. Tot op deze diepte zijn geen archeologische lagen of geologisch afwijkende lagen waargenomen.
Fasering
Op basis van geassocieerd vondstmateriaal en stratigrafische positie kunnen vier fasen worden
onderscheiden:
1. circa 2300 v. Chr. tot circa 1900 v. Chr.
De vorming van de strandwal van Heiloo. Uit deze fase zijn geen resten van menselijke activiteiten aangetroffen.
2. circa 1550 tot circa 1800
Spaarzaam gebruik van het plangebied. Vermoedelijk als bouwland of weide.
3. circa 1800 tot circa 1950
Intensivering van het agrarisch gebruik binnen het gedeelte van het plangebied dat in bezit is van de Rooms-Katholieke Kerk. De vele moesbedden wijzen op akkers. In het ten noorden belendende perceel vinden we uit deze periode slechts vele wortelgaten van een houtwal. Dit is in lijn met de ontwikkeling van het terrein in historisch kaartmateriaal. Ook momenteel nog staat de omgeving van het plangebied bekend als de Akkerbuurt. Een verwijzing naar het historisch gebruik van dit deel van Heiloo.
4. circa 1950 tot heden
In deze periode raakt het plangebied bebouwd. De grote verstoringen uit deze fase hangen samen met het intensiever gebruik van het terrein.