Archeologisch onderzoek in de Mesdagstraat te Nijmegen. Een opgraving, variant archeologische begeleiding. Archeologische Berichten Nijmegen - Briefrapport 269

In opdracht van gemeente Nijmegen heeft Bureau Leefomgevingskwaliteit, Archeologie van de gemeente Nijmegen (BLAN) in maart 2017 een opgraving (definitief onderzoek; DO, variant archeologische begeleiding) uitgevoerd in het plangebied aan de Mesdagstraat te Nijmegen. In het plangebied werd het riool vervangen. Bij de daarbij behorende graafwerkzaamheden zou de bodem tot een diepte van ca. 2 m -mv (40,5 m +NAP) worden verstoord. Hierdoor zouden eventueel aanwezige archeologische resten verloren gaan. De verwachting was dat binnen het plangebied Romeinse sporen en vondsten aangetroffen zouden worden die geassocieerd kunnen worden met de legerplaats uit de tijd van keizer Augustus (27 v. Chr. – 14 na Chr.) en met het kampdorp (canabae legionis) van de vlak na 70 na Chr. aangelegde legioensvesting (castra) op de Hunerberg. Binnen het onderzoeksgebied zijn in 1978 door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) van de Augusteïsche legerplaats de grachten en van de canabae legionis delen van een amfitheater opgegraven. Het kon niet uitgesloten worden dat nog oudere (prehistorische) sporen aangetroffen zouden worden. Tevens was de kans aanwezig dat er archeologische waarden aanwezig zijn die geassocieerd kunnen worden met de 18e en 19e-eeuwse vestingwerken of de Tweede Wereldoorlog. Het doel van de opgraving, variant archeologische begeleiding was het documenteren, registreren en veiligstellen van de archeologische resten die zich in de ondergrond van het onderzoeksgebied bevinden, om daarmee informatie te behouden die van belang is voor kennisvorming over het verleden. Voorafgaand aan het veldwerk werd geconstateerd dat bij het opstellen van het PvE geen rekening was gehouden met de aanbevelingen die gedaan zijn in het bureauonderzoek over de Romeinse resten in de wijk. Om deze aanbevelingen tegemoet te komen is in februari 2017 een wijzigingsblad opgesteld voor het Programma van Eisen en goedgekeurd door het bevoegd gezag van de gemeente Nijmegen. In het wijzigingsblad is onder andere opgenomen dat, om inzicht te verkrijgen in de profielopbouw en om aanvullende vondsten te verzamelen, een extra sleuf gegraven moest worden. Deze sleuf zou in het noorden van het plangebied, ten oosten van de rioolsleuf komen en maximaal 20 m lang worden. Het streven was om in de oostelijke wand van de sleuf een grotendeels onverstoord profiel te documenteren en daardoor sporen die geassocieerd kunnen worden met het amfitheater vast te leggen. De stort uit de extra te graven sleuf is gezeefd over een 8 mm zeef, in de hoop dat de vondsten zouden bijdragen aan een completer beeld van het vondstcomplex dat specifiek bij een amfitheater hoort. Na het graven van een sleuf van 1,20 m breed en 2,20 m lang, tot een diepte van 1,6 m -mv (40,9 m +NAP), was echter duidelijk dat het niet mogelijk was om hier een onverstoord bodemprofiel te documenteren. Nadat ca. 25% van de stort uit de sleuf gezeefd was, bleek dat het aantal vondsten zeer gering was en ook dat er geen of nauwelijks Romeins materiaal in de stort aanwezig was. Daarom is besloten ook het zeefwerk te staken en deze sleuf niet verder uit te breiden. Naast het ontgraven van deze sleuf zijn de graafwerkzaamheden ten behoeve van de rioolvervanging archeologisch begeleid. De rioolsleuf was ca. 71 m lang (171 m2) en is ontgraven tot een diepte van ca. 1,7 m -mv (40,8 m +NAP). In tegenstelling tot het onderzoek uit 1978 heeft het archeologisch onderzoek ditmaal geen sporen opgeleverd. De bodem was in ieder geval tot 1,5 m onder het maaiveld (41 m +NAP) verstoord. Ondanks de verstoringen is een aantal vondsten verzameld die uit de Romeinse tijd dateren, waaronder fragmenten keramiek en bouwkeramiek, enkele munten, een bronzen sleutel en een bronzen greep van een Romeins scheermes. Van deze vondsten konden er geen direct in verband worden gebracht met het hier gesitueerde amfitheater. De meeste vondsten, met name metaalvondsten (gespen, knopen, lakenloden, vingerhoeden en musketkogels), zijn van jongere datum en stammen overwegend uit de 15e t/m 19e eeuw. Het terrein was in deze periode in gebruik als akkerland. Dit is een constatering die ook na het onderzoek in de jaren ‘70 is getrokken door de ROB. Zij stelden vast dat het terrein ter hoogte van het amfitheater nog voor 1596 geëgaliseerd is en vervolgens in gebruik is genomen als bouwland.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zpr-snc4
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-z2-sbjl
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:113885
Provenance
Creator Heiting, F.J.; Kooten, M.Y. van
Publisher Gemeente Nijmegen
Contributor Hemert, J. van; Hendriks, J.; Komen, M.; Venne, A.C. van der; Gemeente Nijmegen
Publication Year 2019
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf; image/jpeg; text/xml; mapinfo / tab; access / mdb
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.878 LON, 51.837 LAT); Gelderland; Gemeente Nijmegen; Nijmegen; Mesdagstraat; 01h (kaartblad)