ADC ArcheoProjecten heeft een Archeologische Opgraving, variant Archeologische Begeleiding, uitgevoerd ten behoeve van de geplande nieuwbouw aan de Weverstraat te Huissen, in de gemeente Lingewaard. Het plangebied is gelegen in de historische kern van Huissen. Omdat tijdens de werkzaamheden de bodem plaatselijk tot op ruim 2 m onder maaiveld zou worden verstoord is besloten de werkzaamheden archeologisch te begeleiden. Door bodemvervuiling en de mogelijke aanwezigheid van explosieven is het archeologisch onderzoek uitgevoerd tegelijkertijd met een bodemsanering en OCEonderzoek.
Het onderzoeksgebied heeft een oppervlakte van ca. 600 m² en was vóór de sloop onbebouwd en in gebruik als grasland.
Tijdens de begeleiding is een geringe hoeveelheid aan archeologische resten teruggevonden. De bovenste 2 meter van de bodem bleek uit antropogene ophogingslagen te bestaan. De bovenste meter grond bleek in het geheel recent geroerd/opgebracht te zijn en bevatte veel moderne bakstenen, puin, afval, plastic en troep. Onder het recente pakket is de oorspronkelijke bouwvoor / nieuwetijdse ophogingslaag aangetroffen met hierin baksteen- en puinresten, aardewerkfragmenten, dierlijk bot, glas en pijpaardewerk. In deze laag is op een diepte van ca. 90 cm een deel van een bakstenen vloer gevonden. Ook is direct onder de bestrating een muurdeel of fundering aangetroffen. Beide structuren waren opgebouwd uit machinaal vervaardigde bakstenen, waarbij het muurdeel tevens was voorzien van hard grijs cement. Op basis van de bouwwijze en vergelijkingen met historisch kaartmateriaal kunnen de resten in de late 19e / 20e eeuw worden geplaatst. In de puinlaag zijn verder nog enkele losse aardewerkvondsten uit de uit 17e t/m vroeg 20e eeuw waargenomen. Naar onderen toe werd de laag lichter en bevatte deze ook ouder materiaal, waaronder Laat Middeleeuws aardewerk uit de periode tussen de late 13e en 15e eeuw.
Op ca. 2 m diepte t.o.v. maaiveld (9,74 m +NAP) kon de natuurlijke ondergrond (C-horizont) worden bereikt, bestaande uit lichtgrijsbruin iets kleiig zand. Hierin is plaatselijk een greppel / sloot waargenomen van tenminste 80 cm diep. Op basis van aardewerkdateringen kon het spoor in de 13e/14e eeuw worden geplaatst. In de nazak is aardewerk uit de 14e -16e eeuw gevonden.
Door de kleine hoeveelheid aan archeologische resten en de grote mate van verstoring/recent ophoging kan de archeologische waarde van het onderzoeksgebied als laag worden beschouwd.
Er kunnen geen duidelijke vindplaatsen worden aangewezen en door de kleine oppervlakte van het onderzochte gebied is de exacte aard en context van de greppel / sloot onduidelijk.
