De geinterviewde was actief in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bijna was hij ontdekt door de Duitsers en dook toen onder. Na de bevrijding meldde de geinterviewde zich als oorlogsvrijwilliger en kwam bij het Korps Mariniers. Via Amerika kwam hij in Indie als officier. Hij werd in Soerabaja gelegerd en studeerde heir verder, de geinterviewde werd inlichtingenofficier. In Oost-Java nam hij deel aan de eerste politionele actie. Hij vertelt over patrouilles en over spannende momenten waarvoor onderscheidingen werden ontvangen. Hij gaf leiding aan een peloton. Bij een patrouille raakte de geinterviewde erg gewond, maar heeft hier later weinig last aan over gehouden. Na zijn uizending naar Indie werd de geinterviewde voor 2 jaar uitgezonden naar Nieuw Guinea. In het kader van UNTSO ging de geinterviewde naar Israel in 1962. Hij vertelt over de werkzaamheden hier. Hij liet zijn uitzending verlengen omdat hij het gebied interessant vond. De geinterviewde vertelt over zijn huisvesting in Nederland en uit zich over de verschillen tussen het Korps Mariniers en de Koninklijke Landmacht.