Rijnkade 12, gemeente Alphen Aan Den Rijn, een opgraving, variant archeologische begeleiding

In opdracht van Aannemingsbedrijf G. Bruynes B.V. heeft RAAP in de periode 15 juni t/m 10 juli 2018 een opgraving, variant archeologische begeleiding uitgevoerd in verband met de grondwerkzaamheden in het kader van de realisatie van nieuwbouw aan een bestaand appartementen- en winkelcomplex in de gemeente Alphen aan den Rijn. Het primaire doel van deze opgraving was het veilig stellen van de wetenschappelijke informatie van deze vindplaats die tijdens archeologisch vooronderzoek is aangetroffen (behoud ex situ). De oppervlakte van het opgravingsvlak bedroeg 302 m2 in vlak 1 en 125 m2 in vlak 2 (ter hoogte van de funderingsbalken). Uit het onderzoek bleek dat het plangebied gelegen is op een met veen overgroeide verlande restgeul. Verder bleek dat het plangebied in gebruik is genomen in de Late Middeleeuwen B ?Nieuwe tijd A (vanaf de 15e eeuw), wanneer het is opgehoogd met een ca. 0,6 m dikke donkerbruinzwarte mineraalarme veenlaag met rode puinspikkels, keramiekscherven en fragmenten dierlijk bot. Tot in de 18e eeuw lag het plangebied waarschijnlijk op de onbebouwde achtererven van de panden aan de Van Manderslootstraat. Uit deze periode (eind 17e eeuw) stamt de tonput aangetroffen centraal-oostelijk in het plangebied. In de loop van de 18e eeuw zijn in het noordelijke deel twee kleine huisjes aangelegd en een grote schuur in het centraal-zuidelijke deel. De schuur hoorde bij de gebouwen die op kadastrale minuut uit ca. 1830 aan de Van Manderslootstraat staan afgebeeld en in de OAT?s (Oorspronkelijke Aanwijzende Tafels) aangeduid zijn als ?huis, schuur en erf? (perceel 12) en ?huis? (perceel 13), eigendom van Hendrik, grosfier (een soort handelaar) uit Aarlanderveen. De twee kleine huisjes (percelen 10 en 11) behoorden ook aan deze grosfier toe. De resultaten van het onderzoek geven een aardig beeld van de bewoners van het plangebied (die vooral in de panden aan de Van Manderslootstraat zouden hebben gewoond en dus direct ten oosten van het plangebied). In de 17e eeuw zijn het waarschijnlijk middenstanders en ambachtslieden geweest die mogelijk aan vlas- en hennepberwerking hebben gedaan en ook mogelijk aan leerbewerking. Op het menu stond rund- en schapen-/geitenvlees, gerst, rijst, gierst, peen, kool, - raapzaad, zuring, veldsla, vijg, appel en braam. In de (18e en) 19e eeuw waren deze percelen eigendom van een grosfier) en was ook een smidse gevestigd (in ieder geval een smeedhaard). Met deze opgraving is het onderzoek in het plangebied afgesloten. De resultaten wijzen er op dat in aangrenzende gebieden buiten het plangebied met behoudenswaardige resten rekening gehouden moet worden. Daarom wordt aanbevolen archeologisch onderzoek uit te voeren indien ontwikkelingsplannen voor aangrenzende gebieden worden voorgenomen.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-xjz-95q9
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-3g-yp1i
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:130676
Provenance
Creator Jordanov, M.S.
Publisher RAAP Archeologisch Adviesbureau BV
Contributor RAAP Archeologisch Adviesbureau BV
Publication Year 2019
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/pdf; image/jpeg; application/rtf; application/msword; .pdf; .jpeg; .rtf; .docx
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (4.663 LON, 52.130 LAT)