Naar aanleiding van het voornemen tot woningbouw heeft ARC bv in opdracht van de gemeente Emmen een archeologische opgraving uitgevoerd op twee plangebieden langs de weg Oude Meerdijk, in het zuidoosten van Emmen. Uit eerdere archeologische vooronderzoeken bleek dat het plangebied een hoge archeologische waarde heeft. Het onderzoeksgebied bevindt zich op een hoge stuwwal (onderdeel uitmakend van de Hondsrug), aflopend naar het lager gelegen gebied van het oude Bargermeer.
Tijdens het onderzoek zijn meerdere archeologische sporen en structuren aangetroffen.
Alle betreffen nederzettingssporen en bestaan uit vier huisplattegronden, meer dan 30 spiekers, een deel van een omheining en kuilen. De sporen dateren uit twee verschillende perioden, nl. Late Bronstijd – Vroege IJzertijd en (Midden tot) Late IJzertijd, waarbij de eerste periode vertegenwoordigd wordt door ´e´en huis van het type Borger B en de tweede periode door drie huizen van het type Hijken (subtype Zwinderen). De vele spiekers hebben geen specifieke daterende kenmerken, maar zullen zowel op de erven als los in de velden hebben gestaan. Drie huisplattegronden overlappen elkaar (in ruimte), maar kunnen niet als elkaars directe opvolgers worden beschouwd. Waarschijnlijk was de locatie waar de huizen liggen geschikt als woongrond (hoog en droog aan de oever van het voormalige Bargermeer) en werd deze meerdere malen voor dit doel gebruikt. Het aangetroffen vondstmateriaal bestaat uit lokaal vervaardigd aardewerk en uit natuur- en vuursteen.
Als bouw- en brandhout werd voornamelijk eik gebruikt. Een haardkuil met daarin een groot aantal verbrande natuurstenen vormt een extra aanwijzing voor lokale aardewerkproductie: de verbrande stenen werden vergruisd en gebruikt voor het mageren van het aardewerk. Fragmenten van tefrieten maalstenen geven aan dat niet alles lokaal werd gemaakt: deze maalstenen werden vanaf de Late IJzertijd geımporteerd vanuit de Vulkaaneifel (omgeving Mayen).
In de periode (Midden tot) Late IJzertijd moeten de structuren door een groot Celtic Field hebben gezworven, waarvan direct ten oosten van het onderzoeksgebied reeds sporen bekend waren (Archiswaarnemingsnrs. 302230, 1199 en 35097).
Ook ligt hier een urnenveld uit de Late Bronstijd – Vroege IJzertijd (Archiswaarnemingsnr. 33465), waarbij de bewoning in de eerste periode op het onderzoeksgebied aan kan sluiten. De bewoningssporen aan de Oude Meerdijk hebben een relatie met de nederzettingen die te Angelsloo en Emmerhout zijn opgegraven in de jaren 60 van de vorige eeuw. Deze bewoning dateert uit de Midden-Bronstijd – Vroege IJzertijd. De bewoning uit de (Midden tot) Late IJzertijd te Oude Meerdijk kan als opvolger van de oudere bewoning te Angelsloo en Emmerhout worden gezien, zoals ook door Kooi (2008) wordt gesteld.
